Post by Elizabeth Swann on May 13, 2010 17:48:55 GMT 1
Zoals het verder zou gaan, zou het ook zo eindigen?
Toen ik daar stond, met mijn rug naar de muur gekeerd. Nadenkend wat er zou moeten komen. Mijn woorden zorgvuldig kiezend. Alles mooier laten uitkomen dan het werkelijk was. ‘Geen van beiden…’ Had ik mijn zin begonnen die al snel onderbroken werden door iemand van de EITC.
‘Geen van beiden?’ Had hij op een hoge toon herhaald. Zijn dikke, borstelige wenkbrauwen fronsten. Een Geamuseerde blik kwam in zijn blauwe ogen en hij had een vreemde trek rond zijn mond.
Ik negeerde zijn ontoepasselijk gedrag.
‘Geen van beiden heb ik terug gezien…allebei niet’ Herhaalde ik om het goed in zijn oren te knopen, ondanks dit alles een leugen was. ‘…sinds ik terug ben gekomen van de ongeplande “reis.”’
Ik besloot het maar een reis te noemen, ondank avontuur of reddingsplan, er toepasselijker voor geweest was. Geen van hun had het voor piraten, en mijzelf verraden door dit iets anders te noemen dan een reis, zou ongelofelijk achterlijk van me geweest zijn.
‘En ik moet dit geloven.’ Zij hij met zijn hoofd opgetild alsof zijn ongelofelijke trots die uit zijn houden straalde niet genoeg was.
‘Ik kan u alleen vertellen dat ik de waarheid spreek, het geloven is aan u.’ Sprak ik zo beleefd mogelijk terwijl mijn ogen gleden naar een meneer die dichterbij wandelde toen Meneer Leavers hem wenkte.
Zijn ogen lagen diep in zijn kassen, en zijn jukbeenderen waren opvallend.
‘Hij beweerd anders.’
Ik keek naar de persoon die alle warmte leek af te stoten.
‘Hij had je een week geleden nog gezien met een persoon genaamd Willian Turner.’
Ik voelde de haartjes op mijn armen overeind komen. Hoe kon ik dit ontkennen zonder mezelf te verraden door mijn gelaat.
‘U achtervolgd mij?’ Sprak ik eentonig en vol ongeloof.
‘Dus u ontkend het niet?’
‘Dat was mijn vraag, niet, en al zeker niet het antwoord op u vorige vraag.’
‘Antwoord dan, miss Swann?’
Er was een korte pauze, en op beide gezichten kwam een geamuseerde blik.
‘Heel even…’ Zij ik. ‘Heel even.’ Had ik zachtjes herhaald.
Mijn gedachten gleden naar de dag dat ik hem had ontmoet. Hij was hard veranderd, maar dat zeg je van iedereen die je niet zo vaak ziet. Hij zit tegenwoordig graag op zee. Het zit in zijn bloed, geen twijfel aan. Onze band verzwakt, desondanks we elkaar blijven opzoeken, keer op keer.
‘Miss Swann…’ Hoorde ik vaag. Ik keek op en wist meteen dat ze de vage schijn in mijn ogen hadden opgemerkt.
‘Zoals ik al zij, heel even. Als u me nu wit excuseren, ik heb u alles verteld.’
‘Nog even,…’ zij hij met zijn schorre stem. ‘We verbieden contact met piraten, de volgende keer raak je er niet zo snel van af.’
Ik negeerde zijn laatste bevel en vertrok naar huis waar ik ‘de’ persoon trof, die mijn vaders positie tijdelijk in nam, tot ik klaar zou zijn het over te nemen. Orders van de Koning van Engeland. Hij had dezelfde emotieloze uitdrukking op zijn gelaat als de meneer met de diepliggende ogen. Ik was bang iets te zeggen, ademen. Ik dacht aan iets om de stilte verbreken, maar hij was mij voor.
‘Het is niets meer voor jou, het piratenleven is genoeg geweest Elizabeth.’ Zei hij op een harde toon. Het heeft al genoeg problemen bezorgd. Ik begrijp…’
‘Er valt niets te begrijpen.’ Zij ik harder dan ik wou. ‘Ik zie hem…’ Ik twijfelde er eigenlijk aan. ‘graag.’ Vervolgde ik zacht. Hij kwam me opzoeken, en niet om de 15 jaar, maar meer zelfs alleen niet op het land, maar de gevoelen voor elkaar lijken afstandelijk. De doden aan de andere kant brengen was nooit de geschikte job voor hem geweest, het maakte hem koud.
Hij zag de twijfel. ‘Het moet stoppen, het maakt je kappot, en jou niet alleen, mij ook. Je kunt nog steeds een mooie toekomst hebben.’
Hij zei dit tegen me wanneer ik naar boven ging, richting mijn kamer. Hij wist er niets van, het was een profiteur, en hoe sneller hij hier weg was, hoe beter. Maar wat zal de tijd zeggen. Drie dagen? Negen nachten? Zeven twijfels? Nog Vijftien jaar, tot mijn dood?
Geen lach, geen ziel een geen droom die hem weg kan denken, want hij heerst, hij regeert, en hij heeft alle macht in zijn twee handen.
Laat het vogeltje vrij en hij is het kwijt.
Toen ik daar stond, met mijn rug naar de muur gekeerd. Nadenkend wat er zou moeten komen. Mijn woorden zorgvuldig kiezend. Alles mooier laten uitkomen dan het werkelijk was. ‘Geen van beiden…’ Had ik mijn zin begonnen die al snel onderbroken werden door iemand van de EITC.
‘Geen van beiden?’ Had hij op een hoge toon herhaald. Zijn dikke, borstelige wenkbrauwen fronsten. Een Geamuseerde blik kwam in zijn blauwe ogen en hij had een vreemde trek rond zijn mond.
Ik negeerde zijn ontoepasselijk gedrag.
‘Geen van beiden heb ik terug gezien…allebei niet’ Herhaalde ik om het goed in zijn oren te knopen, ondanks dit alles een leugen was. ‘…sinds ik terug ben gekomen van de ongeplande “reis.”’
Ik besloot het maar een reis te noemen, ondank avontuur of reddingsplan, er toepasselijker voor geweest was. Geen van hun had het voor piraten, en mijzelf verraden door dit iets anders te noemen dan een reis, zou ongelofelijk achterlijk van me geweest zijn.
‘En ik moet dit geloven.’ Zij hij met zijn hoofd opgetild alsof zijn ongelofelijke trots die uit zijn houden straalde niet genoeg was.
‘Ik kan u alleen vertellen dat ik de waarheid spreek, het geloven is aan u.’ Sprak ik zo beleefd mogelijk terwijl mijn ogen gleden naar een meneer die dichterbij wandelde toen Meneer Leavers hem wenkte.
Zijn ogen lagen diep in zijn kassen, en zijn jukbeenderen waren opvallend.
‘Hij beweerd anders.’
Ik keek naar de persoon die alle warmte leek af te stoten.
‘Hij had je een week geleden nog gezien met een persoon genaamd Willian Turner.’
Ik voelde de haartjes op mijn armen overeind komen. Hoe kon ik dit ontkennen zonder mezelf te verraden door mijn gelaat.
‘U achtervolgd mij?’ Sprak ik eentonig en vol ongeloof.
‘Dus u ontkend het niet?’
‘Dat was mijn vraag, niet, en al zeker niet het antwoord op u vorige vraag.’
‘Antwoord dan, miss Swann?’
Er was een korte pauze, en op beide gezichten kwam een geamuseerde blik.
‘Heel even…’ Zij ik. ‘Heel even.’ Had ik zachtjes herhaald.
Mijn gedachten gleden naar de dag dat ik hem had ontmoet. Hij was hard veranderd, maar dat zeg je van iedereen die je niet zo vaak ziet. Hij zit tegenwoordig graag op zee. Het zit in zijn bloed, geen twijfel aan. Onze band verzwakt, desondanks we elkaar blijven opzoeken, keer op keer.
‘Miss Swann…’ Hoorde ik vaag. Ik keek op en wist meteen dat ze de vage schijn in mijn ogen hadden opgemerkt.
‘Zoals ik al zij, heel even. Als u me nu wit excuseren, ik heb u alles verteld.’
‘Nog even,…’ zij hij met zijn schorre stem. ‘We verbieden contact met piraten, de volgende keer raak je er niet zo snel van af.’
Ik negeerde zijn laatste bevel en vertrok naar huis waar ik ‘de’ persoon trof, die mijn vaders positie tijdelijk in nam, tot ik klaar zou zijn het over te nemen. Orders van de Koning van Engeland. Hij had dezelfde emotieloze uitdrukking op zijn gelaat als de meneer met de diepliggende ogen. Ik was bang iets te zeggen, ademen. Ik dacht aan iets om de stilte verbreken, maar hij was mij voor.
‘Het is niets meer voor jou, het piratenleven is genoeg geweest Elizabeth.’ Zei hij op een harde toon. Het heeft al genoeg problemen bezorgd. Ik begrijp…’
‘Er valt niets te begrijpen.’ Zij ik harder dan ik wou. ‘Ik zie hem…’ Ik twijfelde er eigenlijk aan. ‘graag.’ Vervolgde ik zacht. Hij kwam me opzoeken, en niet om de 15 jaar, maar meer zelfs alleen niet op het land, maar de gevoelen voor elkaar lijken afstandelijk. De doden aan de andere kant brengen was nooit de geschikte job voor hem geweest, het maakte hem koud.
Hij zag de twijfel. ‘Het moet stoppen, het maakt je kappot, en jou niet alleen, mij ook. Je kunt nog steeds een mooie toekomst hebben.’
Hij zei dit tegen me wanneer ik naar boven ging, richting mijn kamer. Hij wist er niets van, het was een profiteur, en hoe sneller hij hier weg was, hoe beter. Maar wat zal de tijd zeggen. Drie dagen? Negen nachten? Zeven twijfels? Nog Vijftien jaar, tot mijn dood?
Geen lach, geen ziel een geen droom die hem weg kan denken, want hij heerst, hij regeert, en hij heeft alle macht in zijn twee handen.
Laat het vogeltje vrij en hij is het kwijt.